Is het u ook opgevallen dat er veel termen voorkomen wanneer je je gaat verdiepen in de hengelsport. Op deze pagina vindt u een overzicht van veel voorkomende termen in de wereld van de hengelsport.

• Aas: het voedsel of kunstaas dat wordt gebruikt om vissen te lokken. Dit kan natuurlijk aas zijn, zoals wormen of maden, of kunstmatig, zoals softbaits of blinkers.
• Baitbands: rubberen ringetjes om de aas vast op de haak te zetten
• Banded hook: gebogen haak
• Bankstick: een staaf/stang die in de grond wordt gezet en waar eventueel beet melder of hengelsteun kan in worden geschroefd
• Barbless hook: weerhaakloze haak
• Bedchair: stretcher om te liggen of om te slapen tijdens het vissen
• Bewaarzak: een zak om de gevangen vis in het water te bewaren
• Bigbit molens: grote molen met grote (spoel) waar veel draad op kan voor de grote wateren
• Bivy: Een compacte, snel op te zetten tent die vissers gebruiken tijdens meerdaagse vistrips 
• Boilie: gekookte deegbal komt voorbij ondenkbaar veel varianten en wordt bevestigt op de hair 
• Boiliestopper: een stukje plastic dat tussen de hair en het aas komt omdat anders het aas niet blijft zitten
• Bolieboor: boor om boilie's en eventueel pellets te doorboren zodat deze op de hair kunnen worden geregen
• Boilienaald: naald om de boilie of ander aas op de hair te schuiven
• Carpfeeder: zelfde als methodfeeder vorm waar voer omheen wordt gekneed
• Carprod: karperhengel, speciaal gebouwd om te kunnen karpervissen
• Catch & Release: de praktijk waarbij gevangen vis weer in het water wordt teruggezet om onnodig doden te voorkomen
• Crusher: rond doosje met scherpe punten waar je boilie's, pellets en partikels mee kan vermalen
• Dips: een vloeibare lokstof om je boilie of ander aas in te dippen
• Dobber: een drijvend onderdeel van je uitrusting dat helpt om beet te detecteren door te bewegen of te zinken wanneer een vis bijt
• Dril: het gevecht dat je moet leveren om de vis aan de kant te krijgen
• Dropshot: Een techniek waarbij het kunstaas boven het lood zweeft
• Feeder Vissen: Een vistechniek waarbij een voerkorf wordt gebruikt om vissen naar het aas te lokken
• Flavours: aroma's met veel verschillende geuren/smaken voor het voer en het bepalen van de smaak in boilie's
• Hair: het stukje onderlijn dat onder (naast) de haak zit en waar je het aas op rijgt
• Hangers: is hetzelfde als een swinger maar nu hangt het gewichtje aan een kettinkje 
• Hengel: een lange, flexibele stok gebruikt om te vissen, variërend van vaste hengels tot werphengels en spinhengels
• Hoofdlamp: elastische band met licht op je hoofd
• Krimpkous: soort kousje dat krimpt als je het boven stoom of in kokend water houd. Het wordt gebruikt bij het maken van rigs om de haak net iets krom te zetten zodat de haak zich makkelijker/ beter zet in de lip van de vis 
• lb: de kracht die nodig is om de hengel maximaal te laten doorbuigen 
• Leadclip: clip om je lood aan te bevestigen 
• Leadcore: zeer zware gevlochten lijn met lood in de mantel dit dient ervoor om de lijn mooi vlak op de bodem te krijgen zodat de vis niet tegen de lijn zal zwemmen 
• Leader: een kort stuk lijn, meestal sterker of beter bestand tegen slijtage, dat tussen de hoofdlijn en de haak wordt gebruikt
• Lokvoer: voer om de vissen mee te lokken
• Longshankhook: haak met lange steel
• Monofilment: ander woord voor nylon visdraad
• Onthaakmat: om de vis op te leggen tijdens het onthaken zonder de vis te beschadigen 
• Peildobbers: dobber die wordt gebruikt om de diepte te bepalen 
• Pellets: samengeperste stukjes aas, vaak gemaakt van vismeel of plantaardig materiaal, gebruikt voor het lokken van vissen
• Pop- up's: een drijvende versie van de boilie die boven de bodem zweeft, voor een betere zichtbaarheid en aantrekkelijkheid
• PVA: materiaal dat oplost in water
• Rigs: de complete montage van je vislijn, haak, lood, en eventuele andere accessoires, zoals dobbers of voerkorven
• Rigtube: slang om de onderlijn te beschermen 
• Rodpod: een roestvrij of lichtmetalen constructie om meerdere hengels in te laten steunen
• Schepnet: een groot driehoekig schepnet waar de vis de ruimte in heeft om zich te bewegen 
• Spinhengel: Een hengel gebruikt in combinatie met een molen, specifiek voor het vissen met kunstaas op roofvissen
• Spinning: een techniek waarbij kunstaas actief wordt binnengehaald
• Spod: een grote voerkorf die na het ingooien zichzelf omkeert waardoor het voer uit de korf valt
• Swivel: wartel
• Vaste Hengel: een hengel zonder molen, waar de lijn direct aan de top wordt bevestigd
• Vrijloopmolen: een type molen waarbij de lijn vrij kan lopen als een vis bijt, zonder weerstand, zodat de vis het aas zonder argwaan kan nemen
• Voerkorf: een kooi of buisje dat wordt gevuld met voer en aan de lijn wordt bevestigd om voer op de visplek te krijgen
• Weigh sling: weegzak

• Zig Rig: een specifieke montage waarbij het aas zweeft tussen de bodem en het wateroppervlak, vaak gebruikt bij karpervissen